Voorheen heeft deze vis diverse namen gekend. In het nederlands wordt deze vis de regenboogcichlide genoemd. Ondanks deze naam vertoont deze vis voornamelijk een gele kleur met een zwarte streep
over de flank en een blauwe gloed over de vinnen.
Mannelijke dieren bereiken een lengte tot ongeveer 13 cm, vrouwtjes blijven enkele cm kleiner. Deze soort is paarvormend. Wanneer ze jongen hebben dan vertonen ze een toegenomen agressie naar hun
omgeving. Buiten de paartijd is de agressie duidelijk minder, zowel onderling als naar andere vissen.
Ze kunnen in de vrije natuur een vrij hoge temperatuur verdragen tot wel 33° Celsius, en kunnen in droge periodes overleven in kleine poeltjes. We vinden deze vis in Midden-Amerika in de landen
Costa Rica (de rivier Rio Matina), Honduras (de rivier Rio Patuca) en Nicaragua (de rivieren Rio Guasaule, Rio Tempisque en Rio Bebedero). Verder vinden we ook in diverse meren en moerassen, waar
de bodem modderig is.
In het aquarium
Deze vissen verlangen een aquarium vanaf 200 liter voor een koppel, ingericht met zand op de bodem. Zorg voor voldoende schuilplaatsen gemaakt met hout en stenen. Omdat deze vissen voornamelijk
aan de oevers leven, moet er wat gedempt licht zijn in het aquarium. Dat kan bijvoorbeeld met drijfplanten worden gedaan.
Als voedsel eten ze voornamelijk detritus en algen, maar heel kieskeurig zijn ze niet. Ze eten ook ander soorten voedsel, indien deze voorhanden is.
In het aquarium is een watertemperatuur van 22-28° Celsius voldoende. De zuurgraad mag tussen de 7 en 8 liggen, de hardheid van het water 15-20 dH.
Bronnen:
www.nvcweb.nl
www.seriouslyfish.nl
www.aquainfo.nl